De eigenaren van Bolscher, een vleesbedrijf in Nederland, willen hun bedrijf omvormen tot een eiwitfabriek, maar goedkoop vlees blijft de topper. De eigenaren van Bolscher, de broers Chiel en Roy Bolscher, zijn zich ervan bewust dat de vleesindustrie onder druk staat vanwege de CO2-uitstoot, stikstof en problemen met dierenwelzijn. “Ooit – wellicht binnen de vijf jaar – zal de transitie plaatsvinden”, meent Roy Bolscher.
Ze zeggen echter dat mensen de goedkopere stukken vlees blijven kopen. “Mensen zullen minder vlees gaan eten”, verwacht Chiel. “Maar ondertussen zien we ook de cijfers van de firma. Waar komt de omzet vandaan? Veelal van de goedkope varianten van karbonade, biefstuk en schnitzel. Dat vraagt de consument, daar zit het verdienmodel. Nu nog! “
En toch willen de broers voorop gaan in de transitie. Het bedrijf experimenteert daarom met een “hybride” hamburgers die 50% vlees en 50% groenten bevatten.
Vergelijking elektrische auto’s
Roy Bolscher voorspelt dat over vijf jaar plantaardige producten qua smaak en kwaliteit op één lijn zullen staan met vlees. Hij verdeelt de consumenten in drie groepen: zij die alleen vegetarisch eten (4%), zij die alleen vlees eten (4%) en de middengroep, die de richting van de markt zal bepalen. Volgens Roy Bolscher is het nog maar de vraag of de middengroep meer vleesvervangers zal kopen dan vlees, omdat daar op dit moment geen bewijs voor is. Hij trekt een vergelijking tussen de markt voor vleesvervangers nu en de markt voor elektrische auto’s tien jaar geleden, toen die wagens nog duur waren en een beperkte actieradius hadden. Bolscher concludeert dat het over vijf jaar de vraag zal zijn of plantaardige producten goedkoper zullen zijn dan vlees, omdat dit de keuze van de consument zal beïnvloeden.
Eigen boerderij
Bolschers boerderij Harry’s Farm beheert het natuurgebied Enters Reggedal met Black & Red Angus runderen. Het bedrijf streeft hier naar kwaliteit boven kwantiteit. Het gaat om een natuurlijke fokkerij, natuurlijk kweek en zonder speciaal voer. Hoewel het momenteel een duur hobbyproject is, hopen de broers dat de vleesmarkt zal verschuiven naar kwaliteit boven kwantiteit, vooral met het oog op de mogelijke CO2-tax, inkrimping van de veestapel en een mogelijke vleesbelasting. Voorlopig is het nog een dure hobby van de broers, maar naar de toekomst geloven ze dat dit de juiste richting zal zijn. Mensen zullen minder vlees eten, maar – als ze het toch doen – kiezen voor een veel betere kwaliteit. Duurzaamheid staat daarbij voorop, met het doel om een evenwicht te creëren tussen wat de dieren van het land nemen en wat ze er weer aan toevoegen.
Geef als eerste een reactie