Uit een Nederlandse studie blijkt dat consumenten voor de helft van de huidige vleesproducten een plantaardig substituut kunnen vinden dat even duur of zelfs goedkoper is. Tot nu toe dachten veel mensen dat vleesvervangers veel duurder waren.
Meer en meer mensen stappen over van vlees naar vleesvervangers. Omdat ze hun ecologische voetafdruk willen verkleinen of gezonder willen eten. Voor velen is de hogere prijs een obstakel. Uit een onderzoek in opdracht van de stichting ProVeg Nederland blijkt nu dat het prijsverschil tussen dierlijke producten (vlees, melk, …) en hun vegetarische alternatieven in vijf jaar tijd flink is afgenomen. Zo waren vegetarische kipstukjes in 2019 nog 75 cent duurder (per 100 gram) dan echte kip, nu is het verschil nog maar 13 cent. Sojamelk en margarine zijn in alle onderzochte supermarkten (Albert Heijn, Jumbo, Lidl, Aldi, Dirk, Plus) goedkoper dan koemelk en roomboter. In 20% van de gevallen was de plantaardige variant al goedkoper dan de goedkoopste dierlijke variant.
Prijsbarrière
Volgens Proveg heeft inmiddels de helft van de dierlijke producten een plantaardige tegenhanger die even duur is of zelfs goedkoper is. Dit zou een belangrijke stap kunnen zijn in de richting van de groeiende populariteit van vleesvervangers. Tot nu toe was het idee dat vleesvervangers duurder zijn een grote belemmering om over te schakelen op een plantaardig dieet.
Een hogere winstmarge
Dit is een Nederlandse studie; voor België zijn geen gegevens beschikbaar, hoewel de verschillen niet zo groot zijn als voorheen door de toegenomen vraag. Het aantal Belgen dat ten minste af en toe vlees opgeeft, is sinds 2016 bijna verdubbeld, van 13% naar 28%. Er moet echter ook worden opgemerkt dat de Nederlandse markt voor vleesvervangers meer ontwikkeld is dan de Belgische markt. Nederland is al langer bezig met de productie van vleesvervangers. Volgens ProVeg is er nog ruimte om de prijzen van plantaardige alternatieven aantrekkelijker te maken. Voor vleesproducten is de winstmarge 8% en voor plantaardige producten 35-50%, aldus de organisatie.
Geef als eerste een reactie