
Vlaanderen zal er de komende jaren voor kiezen om meer plantaardige eiwitten te produceren voor onze dagelijkse voeding en om diervoeders duurzamer te maken. Dat staat centraal in de nieuwe Vlaamse Eiwitstrategie 2030, die minister van Landbouw Hilde Crevits (CD&V) op dinsdag 16 februari 2021 heeft voorgesteld samen met 16 partners uit de agrovoedingsketen. “Met deze eiwitstrategie creëren we duurzame kansen voor onze landbouwers en levensmiddelenbedrijven”, aldus Crevits. “Tegelijkertijd versterken wij onze ambities op het gebied van gezonde voeding”.
De strategie heeft ten doel tegen 2030 een duurzamere, meer gediversifieerde en toekomstgerichte eiwitvoorziening tot stand te brengen en bij te dragen tot een grotere zelfvoorzienendheid op het gebied van eiwitten in Europa. Het is gebaseerd op zes thema’s:
Duurzame diervoeding: tegen 2030 moeten alle sojabonen (of bijproducten zoals sojaschroot) uit de Belgische diervoederindustrie een duurzaamheidslabel dragen en moet de helft van de grondstoffen voor diervoeding bestaan uit bijproducten uit de voedings- en biobrandstoffenindustrie. Ter vervanging van de sojabonen, die hoofdzakelijk uit de VS en Zuid-Amerika worden ingevoerd, kunnen de boeren bovendien zelf meer eiwitrijk voeder produceren: Bonen, erwten, inheemse sojabonen, met klaver bedekte weiden en gemengde gewassen.
Duurzame veehouderij: een circulaire economie is niet mogelijk zonder veehouderij. De veeteelt blijft een belangrijke rol spelen in Vlaanderen, zowel op het vlak van voedselzekerheid en -behoud, als op het vlak van circulaire economie en productie-efficiëntie. Dieren onderhouden het landschap, voegen waarde toe aan producten die niet door de mens kunnen worden verteerd, zoals gras en bijproducten, en hun mest wordt gebruikt om gewassen te voeden en voegt koolstof toe aan de bodem. De gevolgen voor het klimaat, het milieu, de biodiversiteit en het water moeten echter worden beperkt. Nieuwe inkomensmodellen en afzetmogelijkheden worden aangemoedigd, van biologische landbouw tot energieproductie en kortetermijnverkoop.
Meer plantaardige eiwitten: De Vlaamse landbouw kan niet alleen eiwithoudende gewassen produceren voor dierlijke consumptie, maar ook voor menselijke consumptie. Dit is ook mogelijk bij planten van subtropische of mediterrane oorsprong, hoewel dit niet van de ene dag op de andere gebeurt. Aardappelen en maïs hebben dit in het verleden laten zien. Voor eiwitrijke gewassen, zoals soja en quinoa, moeten nieuwe ketens worden ontwikkeld om de boeren marktzekerheid te bieden. Harmonie tussen vraag en aanbod is een belangrijke succesfactor.
Meer nieuwe proteïnen: Nieuwe eiwitbronnen hebben hun plaats in diervoeder, voeding en de bio-economie. Enkele voorbeelden: Insecten, algen, eenden, microbiële eiwitten van schimmels en bacteriën, cellulaire eiwitten zoals aangetroffen in gekweekt vlees, eiwitten afkomstig van biomassa-afvalstromen in de agrovoedingsketen. Vlaanderen moet een centrum worden van kennis, productie en verwerking van deze “nieuwe” eiwitten.
Een ruimer aanbod: in de winkelschappen moet een ruim aanbod aan lekkere, veilige en uit voedingsoogpunt hoogwaardige eiwitproducten beschikbaar zijn, zodat de consument voldoende keuze heeft. Ook de mogelijke omzetting van eiwitbronnen in producten speelt een belangrijke rol.
Duurzame eiwitconsumptie: Een gezonde en duurzame voeding betekent ook een gezonde, gevarieerde, milieubewuste en lokale eiwitconsumptie. Dierlijke eiwitbronnen hebben hun plaats, maar er is een goed evenwicht nodig met meer plantaardige eiwitbronnen en alternatieven.
De ontwikkeling van de veld tot bord eiwitstrategie maakt deel uit van de Vlaamse Kost Voedingsstrategie, waarmee minister Crevits samen met vele partners de hele voedingsindustrie de komende jaren weerbaarder en innovatiever wil maken. Tegelijk maakt de strategie deel uit van het economisch stimuleringspakket waarmee de Vlaamse regering de welvaart en het welzijn van de Vlamingen wil versterken. Investeringen in de Eiwitstrategie dragen bij tot economisch herstel en de ontwikkeling van nieuwe kansen voor alle schakels in de agrovoedingsketen.
De betrokken partners in de eiwitstrategie zijn in alfabetische volgorde: Agentschap Zorg en Gezondheid, Agrolink, Algemeen Boerensyndicaat (ABS), Belgian Feed Association (BFA), Bioforum, Boerenbond, Bond Beter Leefmilieu, Comeos, Departement Economie, Wetenschap en Innovatie, Departement Landbouw en Visserij, Departement Omgeving, Fevia, Flanders’ Food, Groene Kring, Innovatiesteunpunt, Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO), Unie Belgische Catering (UBC), Vlaams Agentschap Innoveren & Ondernemen (VLAIO), Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM) en Vlaams Instituut Gezond Leven.
In de komende maanden zal een actieprogramma voor de uitvoering van de strategie worden ontwikkeld. Elk van de partners zal een specifieke bijdrage leveren. Vlaanderen investeert ongeveer 10 miljoen euro in deze strategie. Dit geld zal gaan naar boeren die willen investeren in de teelt van eiwitrijke, droogteresistente gewassen en naar onderzoek en innovatie door bedrijven die deze eiwitten in nieuwe producten willen omzetten.
Lees de volledige eiwitstrategie op de website van het ministerie van Landbouw en Visserij.
Geef als eerste een reactie